Selecteer een pagina

 

 

 


Door: Rob van Huët

Gehandicaptensport wordt extremer en ruwer.
Wat te denken van downhilling in een rolstoel van de Montferlandse heuvels?

Braamt.
Met een rolstoel over de Waalbrug in Nijmegen. Niet over het wegdek maar over de bogen. Harry Janssen, zestig jaar, uit Braamt, nabij Doetinchem, denkt niet er ooit toestemming voor te krijgen.  “Maar als het kan, doe ik het.” Janssen zal weinig nalaten om aan te tonen dat gehandicapten tot prestaties in staat zijn waar een mens zonder handicap zich niet zo snel aan zou wagen. Volgende week zondag is hij dus ook één van de deelnemers aan het RSR Open Nederlands kampioenschap downhilling voor rolstoelen. Driehonderd meter ‘van-de-heuvel’ over een kronkelig bospad. Het ongeluk dat het gehandicapte meisje Carla overkwam in de Alpenroman Heidi is door Janssen en zijn gehandicapte racevrienden tot sport gepromoveerd. Voor zover hij kan nagaan, wordt alleen in het platte Nederland van heuvels geraasd. Met een snelheid van ruim vijftig kilometer per uur in Montferland. Soms vliegt er wel eens iemand uit de bocht, maar dat hoort erbij. “Alles wat jullie kunnen wij ook’, lijkt het motto van Janssen, ex-vrachtwagenchauffeur, die in 1963 zijn rechterbeen verloor bij een verkeersongeluk. Hij heeft al marathons gereden. En vorig jaar kwam hij al abseilend naar beneden van een veertig meter hoge kerktoren in Silvolde. De opkomst van extreme en zelfs agressieve gehandicaptensporten valt te herleiden tot het verleggen van grenzen, zegt Janssen. Neem bijvoorbeeld het uit Canada overgewaaide quadrugby. Een ruig spel voor mensen met een motorische handicap aan benen én armen, bijvoorbeeld door een cervicale laesie, polio of softenon. Rolstoelbasketbal, -racen en –tennis valt voor deze categorie vaak af. Quadrugby werd oorspronkelijk zelfs murderball genoemd, vanwege het agressieve karakter. Janssen heeft daar geen moeite mee. “Het is onzin te zeggen dat mensen met een handicap een hoop dingen niet kunnen doen. Dat kunnen ze wel. Kijk eens naar ons, dat is eigenlijk mogelijk. Wat andere mensen niet aandurven doen wij wel.” Als het extremer moet om aandacht te krijgen, dan moet dat maar, vindt Janssen. De downhilling kampioenschappen staan overigens ook open voor valide sporters. In een rolstoel of met een handbike, een soort fiets gekoppeld aan een rolstoel, kunnen ze meedoen. “Integratie is wel één van de woorden die hierbij hoort”, zegt Janssen. “Maar feitelijk maakt het niet uit of je een handicap hebt of niet, je moet toch met dat ding naar beneden.”

Bron: GP 

Commentaar Huub
“Ze doen maar wat ze niet laten kunnen, maar ik vraag me alleen af of dit wel op deze manier moet. Ik vind zelf als ze op deze manier aandacht moeten krijgen, dit wel een hele vreemde manier. Moet men op déze manier laten zien dat iedere gehandicapte dit allemaal kan. Waar haalt die mijnheer Janssen de wijsheid vandaan om zoiets te beweren. Er zijn vele honderdduizenden gehandicapten die absoluut niet aan downhilling mee kunnen doen. Deze man spreekt voor zichzelf en in het kringetje waarin deze “sport” wordt beoefend. Janssen zegt nog zoiets: ‘Als het steeds extremer moet om aandacht te krijgen, dan moet dat maar!’ Dus als je aandacht wilt voor de gehandicapten, dan maar extremer? Sorry, mijnheer Janssen, dat kan er bij mij niet in. Ik vind dit persoonlijk een hele foute mening. En als er mensen zijn die tóch zo graag extreem willen doen,…wat let je! Neem je waterbed op, je rollator, je scootmobiel, je elektrische rolstoel, je springverenmatras, je ik weet niet wat…ga met z’n allen allemaal naar kerktorens, klimhallen, bruggen, Eiffeltoren en natuurlijk óók mijn geliefde Waalbrug en Seil maar ab, duik, spring. Doe wat je móét doen! Laat allemaal zien dat je nog zóveel kán als deze eenbenige mijnheer Janssen. Volgens mijnheer Janssen kan iedereen eraan meedoen….Ja volgens hém dan!”

  • Bij het overzetten van deze pagina naar de website hebben we de oorspronkelijke datum van plaatsen niet meer kunnen achterhalen.
Share This